Aardbeibladwesp IUCN-status: Niet geëvalueerd | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
| |||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Allantus cinctus Linnaeus, 1758 | |||||||||||||||
Bastaardrupsen van de aardbeibladwesp | |||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||
|
De aardbeibladwesp (Allantus cinctus, synoniem: Emphytus cinctus) behoort tot de orde van de vliesvleugeligen (Hymenoptera) en de familie van de bladwespen (Tenthredinidae). De wesp komt voor in de gematigde klimaten van het Noordelijk halfrond.
De zwarte bladwesp is 6 tot 9 mm lang. Er zijn twee generaties per jaar. De bladwespen van de eerste generatie verschijnen in het voorjaar. De lichtgroene bastaardrupsen vreten eerst talrijke kleine venstertjes en later grote gaten in het blad alvorens ze gaan verpoppen. De venstertjes ontstaan door het skeletteren van de achterkant van het blad. De bastaardrupsen zitten aan de achterkant van de bladeren.
De tot 15 mm lange bastaardrupsen hebben twintig paar poten. De tweede generatie verschijnt in het najaar. Verpopping en overwintering vindt plaats in de grond.
In de zomer is er veel parasitering van de bastaardrupsen en eieren door sluipwespen.
De aardbeibladwesp komt voor op de aardbei. Schade treedt vooral op door de tweede generatie bastaardrupsen.