Een apotheker, ook wel aangeduid als farmaceut, is een deskundige op het gebied van geneesmiddelen. In Nederland en België is de titel apotheker beschermd door de wet. In België is een apotheker de enige die geneesmiddelen die op recept of voorschrift worden verstrekt mag bereiden en afleveren. In Nederland is het bezit van een apotheek sinds 1999 niet langer voorbehouden aan een apotheker.
De apotheker is verantwoordelijk voor de controle op de geschiktheid, de dosering en de toedieningsvorm van het geneesmiddel en is expert inzake onverenigbaarheden (interacties) met andere geneesmiddelen. De apotheker is verantwoordelijk voor de geneesmiddelen die hij of zij aflevert, ook als het voorschrift van de arts foutief is. De apotheker is ook specialist op het vlak van zelfzorggeneesmiddelen, fytotherapie, diergeneeskundige geneesmiddelen, magistrale en officinale bereidingen en dermatocosmetische producten, en adviseert de patiënt over hun goed gebruik. Hiervoor houdt hij rekening met de leeftijd, het geslacht, eventuele aandoeningen (bijvoorbeeld van het hart, de lever, de nieren), een eventuele zwangerschap of borstvoeding, enzovoort van de patiënt.
Een vrouwelijke apotheker wordt gewoonlijk ook apotheker genoemd, hoewel volgens zowel het Groene Boekje als Van Dale de vrouwelijke vorm apothekeres ook mogelijk is.
In een apotheek kunnen ook apothekersassistenten werken. Deze assistenten stellen de op een recept voorgeschreven middelen ter hand aan de patiënten (klanten) onder toezicht van een of meer apothekers.