Baarmoederhalskanker | ||||
---|---|---|---|---|
Cervixcarcinoom | ||||
Plaats waar baarmoederhalskanker zich voordoet en voorbeelden van normale en abnormale cellen
| ||||
Synoniemen | ||||
Latijn | Carcinoma cervicis | |||
Coderingen | ||||
ICD-11 | ||||
OMIM | 603956 | |||
DiseasesDB | 2278 | |||
DOID | 4362 | |||
MedlinePlus | 000893 | |||
eMedicine | med/324 radio/140 | |||
|
Baarmoederhalskanker of cervixcarcinoom is een van de weinige vormen van kanker die in vrijwel alle gevallen veroorzaakt wordt door een virus, te weten HPV (humaan papillomavirus). Er zijn meer dan 100 soorten van het virus. De types HPV 16 en HPV 18 veroorzaken 70% van de gevallen van baarmoederhalskanker.[1]
Virussen worden normaal gesproken door het lichaam onschadelijk gemaakt. HPV is echter bijzonder goed aangepast aan zijn gastheer, de mens, waardoor het minder snel wordt opgemerkt door het immuunsysteem. Wanneer het niet wordt opgemerkt bestaat er (bij sommige HPV-typen) de kans dat het DNA wordt ingebouwd in de cel van de mens. Hierdoor worden er twee genen vooral beïnvloed: het p53-gen en het pRb-gen. Deze twee genen, tumorsuppressorgenen, onderdrukken normaal gesproken de celdeling.
De aandoening ontstaat in de zogenaamde 'overgangszone' tussen het cilinderepitheel dat de binnenkant van het cervixkanaal bekleedt en het plaveiselepitheel dat de buitenkant van de cervix en de vaginawand bedekt. Voor er sprake is van een echte maligniteit is er een jarenlang stadium van premaligne veranderingen die kunnen worden opgespoord en relatief eenvoudig behandeld.