Demetrius I | ||
---|---|---|
337 - 283 v.Chr. | ||
![]() | ||
Buste van Demetrius[1]
| ||
Pretendent-koning Macedonische Rijk | ||
Periode | 306 - 301 v.Chr. (samen met Antigonos; feitelijk beheersten zij slechts delen van Anatolië en de Levant) | |
Voorganger | Alexander IV | |
Opvolger | Geen; Macedonische Rijk opgesplitst | |
Koning van Macedonië | ||
Periode | 294 - 287 v.Chr. | |
Voorganger | Antipater II en Alexander V | |
Opvolger | Lysimachus en Pyrrhus van Epirus | |
Vader | Antigonos I Monophthalmos | |
Moeder | Stratonike | |
Dynastie | Antigoniden | |
Broers/zussen | Philippus | |
Partner | Phila Eurydice Deidamia van Epirus Ptolemais Lanassa | |
Kinderen | Antigonus II Gonatas Stratonike Corrhagus Alexander Demetrius van Cyrene |
Demetrios I Poliorketes, in het Latijn Demetrius I Poliorcetes (Δημήτριος Πολιορκητής; * 336 v. Chr.; † 283 v. Chr. in Apamea) was een Macedonische veldheer en lid van de dynastie van de Antigoniden.
Demetrius was een van de hoofdspelers van de Diadochenoorlogen, die na de dood van Alexander de Grote in 323 v.Chr. onder diens generaals uitgebroken waren. Demetrius zelf was geen generaal van Alexander geweest, maar wordt toch met zijn vader Antigonos I, die dat wel geweest was, tot de Diadochen gerekend, omdat hij nog voor Lysimachus, Ptolemaeus en Seleucus stierf. Hij streed zowel in Azië als in Europa, veroverde tweemaal Athene en belegerde Salamis-op-Cyprus. Hij mislukte echter wel bij de grote belegering van Rhodos en was hoofdverantwoordelijke voor de nederlaag bij Ipsus. Hij voerde zowel het grootste leger als vloot aan en bouwde de meest geweldige schepen en belegeringsmachines van zijn tijd. Zijn bijnaam, "Stedenbelegeraar" (Poliorketes), verwijst naar zijn militaire kundigheid in het belegeren en veroveren van steden.
Demetrius nam samen met zijn vader Antigonos I Monophthalmos in 306 v.Chr. als eerste Diadoch de koningstitel aan, waardoor hij dus aanspraak maakte op al het grondgebied dat Alexander de Grote had nagelaten. Aangezien hij opgegroeid was in Azië, wilde hij een oriëntalistisch beleid aannemen, dat hij in Athene vierde met schitterende feesten en een cultus rond zichzelf. Zo werd hij een van het eerste nieuwe type heerser die alomtegenwoordig zouden zijn in de hellenistische periode. Hij kon Macedonië enkele jaren onder zijn controle brengen, maar verloor het uiteindelijk. Het zou pas zijn zoon zijn die een stabiele heerschappij over dat land zou kunnen uitoefenen.