Met loodrecht werd oorspronkelijk de richting van het schietlood aangeduid (verticaal). Daarvan afgeleid noemt men twee objecten onderling loodrecht als ze elkaar snijden onder een hoek van 90 graden of π/2 radialen, met andere woorden: wanneer er sprake is van een rechte hoek. Zo kunnen twee rechte lijnen, vectoren, vlakken, maar ook een lijn en een vlak e.d. loodrecht op elkaar staan.