Het begrip "plint" is binnen de bouwkundige en architectonische context een verzamelterm die verschillende soorten afwerkingsmaterialen omvat, elk met specifieke toepassingen en functies voor vloeren, wanden en plafonds. De keuze voor het type plint is afhankelijk van de specifieke behoefte aan bescherming, esthetiek en installatiegemak binnen een bepaalde ruimte. Het correct toepassen van de juiste plint draagt bij aan zowel de functionele als visuele kwaliteit van de bouwomgeving.
Een plint laat zich definiëren als een afwerkingsmateriaal dat wordt gebruikt voor de subtiele en esthetische afwerking van overgangen tussen verschillende bouwdelen, zoals de overgang tussen vloer en muur, muur en plafond, en verschillende wandbekledingen. Plinten vervullen zowel decoratieve als functionele rollen, zoals bescherming tegen stoten, vocht en vuil, en het verbergen van installaties en kieren. Een plint beschermt tegen beschadigingen of dient als decoratie voor de afwerking van vloer en een interieur. Binnen deze context zijn er drie hoofdtypen plinten te onderscheiden: vloerplinten, wandplinten en plafondplinten.
Typen plinten en hun specifieke toepassingen:
Er zijn ook plinten van onder andere aluminium of kunststof. Rondom tegelvloeren wordt soms een plint van dezelfde tegels, natuur- of kunststeen aangebracht. Daar waar hygiëne noodzakelijk is, zoals in grootkeukens of ziekenhuizen, wordt vaak een holle plint toegepast. Een ander type plint is de overzet- of renovatieplint, waarbij een bestaande plint kan blijven zitten om te worden afgedekt door een renovatieplint. In holle plinten kan bekabeling worden weggewerkt voor elektriciteit, home cinema en domotica.
Bij de oplevering van een woning wordt de geplaatste plint wel bouwplint genoemd, welke vaak stevig bevestigd is en lastig is te verwijderen. De plint behoort dan ook tot een van de laatste afwerkingen.