Vakantie is een meerdaagse periode waarin iemand zijn gewoonlijke dagelijkse activiteiten staakt en tijdelijk niet naar school, studie, of werk gaat. Het woord vakantie is afgeleid van het Latijnse vacare, dat staat voor leeg of vrij zijn.[1] Vakantie staat dan voor het vrij zijn van verplichtingen. Omstreeks 1850 kreeg het begrip de huidige betekenis. In de loop van de tijd zijn er voor veel werknemers, scholieren, studenten en sommige groepen zelfstandigen regels gekomen over de periode en omvang van de vakantie. Sinds ongeveer 1960 maakt het fenomeen vakantie een stormachtige groei door. Gaandeweg is vakantie gekoppeld aan het maken van een reis of bezoeken van een bepaalde bestemming: men gaat op vakantie.