De Wet op de loonbelasting 1964 (kortweg Wet LB 1964) regelt in Nederland de loonbelasting die de Rijksoverheid in beginsel heft over loon en bepaalde uitkeringen. De inhoudingsplichtige houdt de belasting in op het loon of de uitkering en draagt deze af aan de Belastingdienst.
Het gaat om een deel van de in box 1 belaste inkomsten, niet alleen loon in strikte zin, maar ook bijvoorbeeld werkloosheidsuitkeringen, pensioenen en belaste lijfrente-uitkeringen (ook als deze niets met arbeid te maken hebben).
Onder omstandigheden is de inhoudingsplichtige echter de belastingplichtige. Is dat het geval, dan mag de verschuldigde loonbelasting niet op het loon worden ingehouden.
De inhoudingsplichtige moet de verschuldigde loonbelasting zelfstandig berekenen, bij de fiscus door middel van een aangifte bekendmaken en aan de fiscus betalen. Voor het ontstaan van de betalingsverplichting is met andere woorden geen aanslag van de belastinginspecteur nodig. Wel kan de inspecteur onder omstandigheden een correctieverplichting of zogenoemde naheffingsaanslag opleggen.
De Nederlandse loonbelasting is een afzonderlijke heffing. In de regel kan - onder bepaalde voorwaarden - de loonbelasting echter volledig verrekend worden met de Nederlandse inkomstenbelasting. De loonbelasting werkt in zo'n geval als een voorheffing. Kan de loonbelasting niet met de Nederlandse inkomstenbelasting verrekend worden, dan is de loonbelasting een zogenoemde eindheffing.
De loonbelasting is de op een na meest opbrengende rijksbelasting (de omzetbelasting brengt het meest op). In 2006 bedroeg de opbrengst van de loonbelasting een kleine € 32 miljard (ruim 25% van de totale Rijksbelastinginkomsten).[1]
De belastingplichtige zal veelal ook verzekerd zijn voor de zogenoemde volksverzekeringen. Is dat het geval, dan vindt de heffing van de loonbelasting en de premie volksverzekeringen gecombineerd plaats op basis van de Wet financiering sociale verzekeringen. De gecombineerde heffing wordt aangeduid met de term “loonheffing”.
Ten slotte zal de belastingplichtige tevens vaak verzekerd zijn voor de zogenoemde werknemersverzekeringen. De loonheffing en de premies voor de werknemersverzekeringen worden gezamenlijk aangeduid met de term “loonheffingen”.