De Nationale Wetgevende Vergadering (Frans: Assemblée nationale legislative) was tijdens de Franse Revolutie het eerste modern functionerende parlement van Frankrijk. Het bestond uit 745 leden en zetelde van 1 oktober 1791 tot 20 september 1792 in de Salle du Manège in Parijs. Het werd voorgegaan door de Nationale Grondwetgevende Vergadering en opgevolgd door de Nationale Conventie. De Vergadering was vooral samengesteld uit mensen zonder ervaring, antiklerikaal, onder de dertig en uit de middenklasse. De Législative kende weinig mensen uit de adel: alle monarchisten waren gevlucht naar het buitenland. De vergadering hield zich vooral bezig met de financiële crises door middel van confiscatie van de kerkelijke goederen, met een rationele administratieve structuur en een nieuwe grondwet. Aangezien Jean-Paul Marat, Danton en Robespierre geen afgevaardigden waren in de Wetgevende vergadering, speelde de politiek zich vaker af buiten de vergaderzaal.