Antisthenes (Oudgrieks: Ἀντισθένης) (ca. 445 - ca. 365 v.Chr.) was een Grieks filosoof uit Athene, een leerling van Socrates die beschouwd wordt als de grondlegger van het filosofisch cynisme en leermeester van Diogenes van Sinope. De naam Cynisme werd gegeven aan deze stroming omdat Antisthenes om zijn antiplatonisme kracht bij te zetten in plaats van in een sjieke Academie het hondenkerkhof buiten Athene koos als plaats om te filosoferen. Antisthenes werd ook wel de Grote Hond genoemd, en Diogenes van Sinope de koninklijke hond.
Antisthenes werd geboren in Athene, maar was de zoon van een Thracische moeder. In zijn jeugd studeerde hij retorica bij Gorgias en waarschijnlijk ook bij Hippias en Prodicus. Vermoedelijk was hij oorspronkelijk een welgesteld man, maar belandde hij later in de armoede. Hij werd beïnvloed door de leer van Socrates en werd een van zijn meest devote leerlingen.