Een cohort (van Latijn: cohors, omheinde plaats, mv.: cohortes, vandaar het Nederlandse cohort) was een eenheid in het Antieke Romeinse leger. Een legioen (divisie van de landmacht) bestond uit 10 cohortes plus stafdiensten. Een cohort omvatte drie manipels, elk van twee centuries, theoretisch ongeveer 480 manschappen plus centuriones en optiones. De eerste cohort had dubbele sterkte (12 centuries), waarschijnlijk omdat aan deze cohort de fabri (technische werklieden, zoals (wapen)smeden) en de administratieve staf (officiales) waren toegevoegd. Een cohort bevat 700 man. Een centurie 70/60 man en een legioen circa 6000/7000 man.