Dionysia (Oudgrieks: Τα Διονύσια) is de algemene benaming voor de oud-Griekse feestelijkheden ter ere van de god Dionysos. Soms worden deze feesten algemeen onder de noemer ‘Dionysia’ geplaatst, maar eigenlijk beslaat de term slechts twee specifieke feesten:
Als zoon van Zeus en de stervelinge Semele werd Dionysos vereerd als god van de wijn en van de groeikracht van de natuur. Dionysos (Bacchus) is echter oorspronkelijk een Aziatische godheid die de overzeese tocht naar Griekenland gemaakt had. Dit werd weerspiegeld in de tweede dag van de Anthestéria (een ander feest ter ere van Dionysos), de Choës, waar een standbeeld van Dionysos op een bootvormige praalwagen door de stad werd vervoerd. Tevens leefde hij nooit op de Olympus, maar reisde de wereld af met de saters en met zijn Bacchanten. Deze Bacchanten of Maenaden (van het Oudgrieks μαινάς (mainas), 'razend') hadden de reputatie opvliegend te zijn en zich hullend in hertenhuiden hun god al dansend en zingend te eren. Velen wilden graag geloven dat ze in de bossen orgieën hielden met wijn en halfnaakte vrouwen. Er zijn echter ook rustige verhalen gekend waarbij vrouwen wilde dieren temmen met hun lofliederen.