Fidel Castro | ||||
---|---|---|---|---|
Fidel Alejandro Castro Ruz in 2003
| ||||
Geboren | 13 augustus 1926 Birán | |||
Overleden | 25 november 2016 Havana | |||
Politieke partij | Communistische Partij van Cuba | |||
Partner | Mirta Diaz-Balart (1948-1955) Dalia Soto del Valle (1980-2016) | |||
Beroep | Politicus, advocaat, militair | |||
Religie | Geen (Agnosticisme) | |||
Handtekening | ||||
15e president van Cuba | ||||
Aangetreden | 2 december 1976 | |||
Einde termijn | 24 februari 2008 | |||
Voorganger | Osvaldo Dorticós Torrado | |||
Opvolger | Raúl Castro | |||
Premier van Cuba | ||||
Aangetreden | 16 februari 1959 | |||
Einde termijn | 2 december 1976 | |||
President | Manuel Urrutia Lleó (1959) Osvaldo Dorticós Torrado (1959-1976) | |||
Voorganger | José Miró Cardona | |||
Opvolger | ambt afgeschaft | |||
|
Fidel Alejandro Castro Ruz ( audio) (Birán, 13 augustus 1926 – Havana, 25 november 2016) was een Cubaanse revolutionair en politicus, die de functie van minister-president van Cuba uitoefende van 1959 tot 1976, en vervolgens president was van 1976 tot 2008. Hij diende ook als eerste secretaris van de Communistische Partij van Cuba vanaf de stichting van de partij in 1961 tot 2011.
Castro was politiek gezien een marxist-leninist. Onder zijn regering werd de republiek Cuba omgevormd tot een marxistisch-leninistische staat, waarbij de industrie en de bedrijven werden genationaliseerd en er socialistische hervormingen werden gedaan op alle gebieden van de samenleving. Op internationaal vlak diende hij ook als secretaris-generaal van de Beweging van Niet-Gebonden Landen van 1979 tot 1983.
Na een mislukte gewapende aanval op de Moncadakazerne in 1953 zat Castro een jaar in de gevangenis en verbleef hij vervolgens in ballingschap in Mexico. Met behulp van zijn broer Raúl Castro en Che Guevara verzamelde hij een groep van Cubaanse revolutionairen: de Beweging van de 26ste juli. Nadat Castro en zijn broer in Cuba teruggekeerd waren, nam hij een belangrijke rol in de Cubaanse Revolutie in. Hij leidde een succesvolle guerrillaoorlog tegen Batista's troepen, die zelf op de vlucht sloeg en in 1959 in ballingschap ging.
Castro werd vervolgens opperbevelhebber van de strijdkrachten en kort daarna premier. Zijn betrokkenheid bij de omverwerping van Batista, evenals de vermoedelijke relatie met de Sovjet Premier Nikita Chroesjtsjov, alarmeerde de Verenigde Staten waarna de CIA een mislukte invasie in de Varkensbaai in 1961 organiseerde om zijn regering omver te werpen. Daarna heeft men verschillende pogingen gedaan om hem te vermoorden en hebben de VS een economische blokkade van Cuba ingesteld.
Om deze bedreiging tegen te gaan, smeedde Castro een alliantie met de Sovjet-Unie en kon de Sovjet-Unie nucleaire wapens opslaan op het eiland, wat leidde tot de Cubaanse rakettencrisis in 1962. Castro nam vervolgens het marxisme-leninisme over als zijn leidende ideologie en in 1961 riep hij het socialistische karakter uit van de Cubaanse Revolutie. In 1965 werd hij de eerste secretaris van de nieuw opgerichte communistische partij. Daarna leidde hij de transformatie van Cuba in een socialistische republiek door nationalisering van de industrie en de invoering van gratis universele gezondheidszorg en onderwijs.
In 1976 werd hij voorzitter van de Raad van State en van de Raad van Ministers. Na de ineenstorting van de belangrijkste bondgenoot van Cuba, de Sovjet-Unie, in 1991 beleefde Cuba de economische "Speciale Periode". In 2006 werd Cuba lid van de Bolivariaanse Alliantie voor Amerika en sloot hij economische en politieke allianties met andere landen in de Latijns-Amerikaanse Draai naar Links. Door zijn zwakke gezondheid droeg Fidel Castro in 2006 zijn taken over aan zijn broer en vicepresident Raúl Castro, die werd gekozen tot president toen Fidel was afgetreden in 2008.[1][2]
Castro overleed op 25 november 2016 om 22.29 uur op 90-jarige leeftijd. Zijn overlijden werd enkele uren daarna door de Cubaanse staatstelevisie bekendgemaakt.[3][4][5][2]