Gevoelstemperatuur

De gevoelstemperatuur geeft een maat voor het gevoel van kou (windkou/waterkou) of warmte (benauwende warmte of hitte) dat de mens ondervindt in koude lucht met veel wind of in warme lucht met zon, windstil weer en hoge luchtvochtigheid. Dit deel gaat over de windkoude, het extra gevoel van kou door wind.

Het verschijnsel gevoelstemperatuur, of windkoude, is dus het verschijnsel waarbij het in de wind een stuk kouder aanvoelt dan uit de wind. Hoe kouder het is en hoe harder het waait, des te kouder voelt het aan. We kunnen dat warmteverlies uitdrukken in een soort gevoelswaarde van de temperatuur. Het tegenovergestelde is in het geval van hitte uit te drukken door middel van de hitte-index.

Bij een gevoelstemperatuur onder -10 graden kunnen na enkele uren verschijnselen van onderkoeling optreden. Bij gevoelstemperaturen onder -15 graden kan al na een uur koudeletsel optreden, onder de -20 graden is na een half uur ook bij goed afdichtende winterkleding al een kleine kans op bevriezingsverschijnselen. Bij de Elfstedentocht van 18 januari 1963 traden bij een gevoelstemperatuur nabij -15 graden, door het urenlange schaatsen tegen de krachtige oostnoordoostenwind in, ook bevriezingsverschijnselen op. Bij het schaatsen tegen de wind in moet de schaatssnelheid worden opgeteld bij de windsnelheid, waardoor de gevoelstemperatuur, afhankelijk van de luchttemperatuur, enkele graden lager kan zijn (zie onderstaande tabel).

Onder extreme weersomstandigheden zijn in Nederland gevoelstemperaturen opgetreden van -23 graden in het zuiden tot -28 graden in het noorden van het land (14 januari 1987).

De kans op bevriezingsverschijnselen neemt sneller toe bij gevoelstemperatuur lager dan -25 graden.


Gevoelstemperatuur

Dodaje.pl - Ogłoszenia lokalne