Hildegard | ||
---|---|---|
757-783 | ||
Koningin-gemaal van Frankrijk | ||
Periode | 771-783 | |
Voorganger | Desiderata van Lombardije | |
Opvolger | Fastrade van Franconie | |
Vader | Gerold van Vintzgouw | |
Moeder | Emma |
Hildegard (4 mei 758 — Thionville, 30 april 783) was een dochter van de belangrijke Frankische edelman Gerold van Vintzgouw en Emma. In 771 werd zij de derde vrouw van Karel de Grote. Ze is begraven in de abdij van St Arnulf te Metz.
Karel wilde haar zo graag als zijn nieuwe echtgenote, dat hij zijn toenmalige echtgenote zonder geldige aanleiding verstootte en daarmee ook zijn bondgenootschap met de Longobarden om zeep hielp, maar het politieke belang van Hildegard als lid van een prominente Schwabische familie was misschien groter. Ook was Hildegard volgens heersende opvattingen te jong om te trouwen (ze was dertien) en zeker te jong om direct al kinderen te krijgen (ze kregen hun eerste kind toen ze veertien was). Hun huwelijk werd dan ook algemeen als ongeldig beschouwd, totdat de paus als wederdienst voor de politieke hulp van Karel in 774 (dus na drie jaar) het huwelijk alsnog erkende. Hildegard volgde Karel op de meeste van zijn tochten en kreeg ook een aantal kinderen in Italië, Saksen en Aquitanië. Na twaalf jaar huwelijk en negen zwangerschappen stierf Hildegard in het kraambed. Kort voor haar dood heeft ze nog een schenking gedaan aan de abdij van St Arnulf in Metz. Ook Karel schenkt deze abdij een hof op de dag na haar overlijden en Hildegard werd daar begraven.
Zij richtte vele kloosters en kerken op. Zo stichtte zij onder meer de abdij van Kempten. Hildegard is zalig verklaard. Haar feestdag is op 30 april. Zij is de beschermheilige van de zieken.
De kinderen van Hildegard en Karel waren: