Hoofdzonde

Jheronimus Bosch, De Zeven Hoofdzonden, detail. Eind 15e eeuw. Museo del Prado, Madrid.
Gillis Mostaert, Hooiwagen. Tussen 1570 en 1579. Allegorie op de hoofdzonden. Museum Catharijneconvent, Utrecht

Hoofdzonde is een term die in de Katholieke Kerk wordt gebruikt, maar in oorsprong minstens teruggaat tot de oude Grieken. Het gaat hierbij om zeven zonden die ieder aan de basis liggen van vele andere zonden. Ze werden als lijst in de 6e eeuw opgesteld door paus Gregorius I, maar zijn al in de 4e eeuw door geestelijken in een gesystematiseerd overzicht beschreven. Met name de acht verleidingen van woestijnvader Evagrius van Pontus waren invloedrijk. In de Bijbel zijn verschillende opsommingen van zonden te vinden,[1] die echter niet overeenkomen met de lijst van de zeven hoofdzonden.

Het begrip hoofdzonde wordt weleens verward met het begrip doodzonde of zware zonde.

De zeven hoofdzonden zijn:

  1. Superbia (hoogmoed - hovaardigheid - ijdelheid - trots)
  2. Avaritia (hebzucht - gierigheid)
  3. Luxuria (onkuisheid - lust - wellust)
  4. Invidia (nijd - jaloezie - afgunst)
  5. Gula (onmatigheid - gulzigheid - vraatzucht)
  6. Ira (woede - toorn - wraak - gramschap)
  7. Acedia (gemakzucht - traagheid - luiheid - vadsigheid), afkomstig van het Griekse "ἀκηδία"

Naast de zeven hoofdzonden is er een opsomming van hun tegenhangers: de zeven deugden.

  1. Zie bijvoorbeeld Kolossenzen 3:5-9. Gearchiveerd op 28 mei 2023.

Hoofdzonde

Dodaje.pl - Ogłoszenia lokalne