Een kapitein (voluit scheepskapitein), is aan boord van een schip de gezagvoerder en daarmee de eindverantwoordelijke aan boord, zowel voor de besturing van het schip als voor passagiers en personeel en de scheepslading. De kapitein legt verantwoording af bij de autoriteiten en de rederij.
De functie bestaat van oudsher bij de koopvaardij en de marine, dit artikel behandelt de kapitein bij de koopvaardij.
'Kapitein' is zowel een rang als een functie, wat betekent dat iemand met de rang van kapitein niet altijd het gezag over een schip voert, of slechts over een deel van de bemanning of een deel van de vaart en omgekeerd hoeft de feitelijk gezagvoerder niet de rang van kapitein te hebben.[2] Zo wordt bijvoorbeeld, als de kapitein ziek is, het gezag gevoerd door de eerste stuurman (als plaatsvervangend kapitein).
Bij schepen voor goederenvervoer op de binnenvaart spreekt men veelal van schipper, internationaal skipper, terwijl men als werknemer van een rederij desalniettemin de rang van kapitein kan hebben. Bij passagiersschepen wordt de term kapitein wel gebruikt. Als in de binnenvaart sprake is van continuvaart moeten er meerdere personen aan boord zijn die de taak van gezagvoerder kunnen uitvoeren, waarvan er op een bepaald moment altijd maar één als gezagvoerder optreedt. Op zeeschepen is er normaal gesproken één kapitein.
Achter zijn rug spreken de zeelui vanouds over 'de ouwe' ('the old man') als ze het over de kapitein hebben.[bron?]