Nederlandsche Bezittingen ter Kuste van Guinea | |||||
---|---|---|---|---|---|
| |||||
| |||||
Kaart | |||||
1770 | |||||
Algemene gegevens | |||||
Hoofdstad | Elmina | ||||
Talen | Nederlands | ||||
Munteenheid | Nederlandse gulden | ||||
Regering | |||||
Regeringsvorm | kolonie | ||||
Dynastie | Oranje-Nassau | ||||
Staatshoofd | Koning van Nederland sinds 1815 |
De Nederlandse Goudkust was een kolonie of handelspost in het huidige Ghana tussen 1612 en 1872.
In 1637 veroverde Johan Maurits van Nassau-Siegen het fort São Jorge d'Elmina op de Portugezen. Twee eerdere Nederlandse pogingen waren mislukt.[1] De komende eeuwen zou dit fort een van de centra van de slavenhandel van de West-Indische Compagnie (WIC) vormen. Naast Fort Elmina bezaten de Nederlanders nog een aantal andere factorijen aan de Goudkust. Dit gebied moet niet verward worden met de Slavenkust waar de WIC ook enkele forten en factorijen had.
Het klimaat aan de kust was zo slecht dat de meeste Europeanen er stierven aan malaria, gele koorts of andere inheemse ziekten. Daarom waren enkele bijnamen van de kolonie: muskieten-, malaria- of moordkust.