Een open plek is een ruimte in een verder gesloten vegetatie, waar zich plaatselijk geen begroeiing bevindt of in veel lagere bedekking. Open plekken dragen bij aan de vegetatiestructuur.
Voorbeelden zijn een plek in een grazige vegetatie waar zich nauwelijks planten bevinden en de bodem zichtbaar is, of een bos waar in de boomlaag zich geen bomen bevinden of veel minder dan in de directe omgeving (een laar).