Ronde zegge | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Ronde zegge | |||||||||||||||||||
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Carex diandra Schrank (1781) | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||
Ronde zegge op Wikispecies | |||||||||||||||||||
|
De ronde zegge (Carex diandra) is een overblijvend kruid dat behoort tot de cypergrassenfamilie (Cyperaceae). De plant komt van nature voor in de koel-gematigde en koudere streken op het noordelijk halfrond. De ronde zegge staat op de Nederlandse Rode Lijst van planten als zeldzaam en sterk afgenomen. Het aantal chromosomen is 2n = 60.
De plant wordt 20-70 cm hoog en vormt losse of soms dichte pollen. De onderaan bijna ronde en bovenaan driekantige stengels hebben iets gewelfde kanten. De bladeren zijn korter dan de stengel en 1,5-2 mm breed, waarvan de onderste bladscheden dof zijn.
De ronde zegge bloeit in mei en juni met 1-5 cm lange bloeiwijzen, waarvan de onderste takken tot 1 cm lang kunnen zijn. Boven aan de aar zitten de mannelijke bloemen en onderaan de vrouwelijke. De vrouwelijke bloem heeft twee stempels en de mannelijke bloem drie meeldraden. De roodbruine tot lichtbruine, 3 mm lange en 2 mm brede, eironde kafjes hebben een breed vliezige rand en een spitse top. Het 3-4 mm lange en 1-1,5 mm brede, sterk glanzende, iets afstaande of rechtopstaande urntje is donkerbruin en heeft aan de rugzijde ongeveer 6 onduidelijke nerven. Aan de buikzijde is het niet of zwak generfd. Het urntje is een soort schutblaadje dat geheel om de vrucht zit.
De lichtbruine vrucht is een lensvormig, 1,5 mm lang en 0,7 tot 1 mm breed nootje en heeft een tweetandige snavel.
De plant komt voor op natte, vrij voedselarme grond in trilveenmoerassen, moerassige hooilanden en soms in ondiep water.