Ruig viooltje | |||||||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||||||
| |||||||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||||||
Viola hirta L. (1753) | |||||||||||||||||||
Afbeeldingen op Wikimedia Commons | |||||||||||||||||||
Ruig viooltje op Wikispecies | |||||||||||||||||||
|
Het ruig viooltje (Viola hirta) is een vaste plant, die behoort tot de viooltjesfamilie (Violaceae). Ze staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeldzaam en matig afgenomen. Het aantal chromosomen is 2n = 20.[1]
De plant, die een hoogte van 5 tot 10 cm kan bereiken, is herkenbaar aan de dicht behaarde hartvormige bladen die na de bloei sterk in grootte toenemen. Het heeft een korte wortelstok met wortelrozet. Er zijn geen uitlopers. De 1 tot 1,5 cm grote bloemen die in de maanden april en mei verschijnen zijn paars, of bij uitzondering wit of roze, en geurloos. De bloemspoor is aan de top omgebogen, de kroonbladen zijn uitgerand en de kelkbladen stomp. De doosvrucht is viltig behaard en bevat veel zaden die elk voorzien zijn van een oranje vlezig aanhangsel, een zogenoemd mierenbroodje. Het zaad is 3 mm lang en 2 mm breed.